Wat is de betekenis van paardenhaar?

paardenhaar - Haar van de manen en staart van paarden. Het wordt vooral gebruikt voor kwasten, voor strijkstokken en voor haarkleden.

Haar van paarden, speciaal van de staart of de manen. Lange, soepele vezel, vooral als vulmateriaal gebruikt (z. Vezels).

s.n., hynstehier (it).

o., 1. haar van paarden: paardenhaar koken, het bereiden; kussens met paardenhaar opgevuld. 2. weefsel van paardenhaar.

uit manen en staart wordt gebruikt voor strijkstokken, zeven, vistuig. Van de korte haren worden pluimen, penselen, schuiers gemaakt. De afval dient als vulling van stoelzittingen.

staartharen en manen v/h paard, worden o.a. gebruikt v. strijkstokken, penseelen, vulling v. matrassen, voering v. kleedingstukken, enz.

(roshaar), het staart- en manenhaar van de paarden, dat 80-100 cm lang wordt. Wordt gebruikt voor het vervaardigen van zeer veerkrachtige weefsels, die als tusschenlaag dienen voor het in plooi houden van kleedingstukken (bijv. in de revers of bij de schouders). De kettingdraden van paardenhaar-weefsels zijn meestal van katoen, als inslagdraad word...

is een uitstekende vulling voor kussens en matrassen, daar het zelfs in vochtigen toestand zijn elasticiteit mei verliest, en daardoor voor lucht doorgankelijk blijft. Een bezwaar voor algemeen gebruik is de hooge prijs van het artikel.

het haar der paarden; zoowel het korte als het staarthaar wordt gebruikt als vulsel voor matrassen; het staarthaar, het voornaamste, komt in den handel ruw of uitgekookt en al of niet gesorteerd. Gezocht is het witte P., voor het bekleeden van strijkstokken.