Wat is de betekenis van Ordineren?

2025-04-23
*PREMIUM* Prisma Groot Woordenboek Nederlands

Unieboek | Het Spectrum (2024)

2025-04-23
Groot woordenboek der Nederlandse taal

Van Dale Uitgevers (1950)

Ordineren

(ordineerde, heeft geordineerd), (<Lat.), 1. (vero., verh. st.) vast- of instellen: de machten zijn van God geordineerd (Rom. 13 : 1); 2. (R.-K.) de priesterwijding geven; wijden.

2025-04-23
Woordenboek vreemde woorden

A. Kolsteren en Ewoud Sanders (1994)

Ordineren

[Lat. ordinare, -atum = regelen, ordenen, behoorlijk inrichten, van ordo, ordinis = rij, rang; behoorlijke inrichting, orde; kerk. Lat. ook: wijding] 1 ordenen; 2 (rk) wijding (spec. priesterwijding) toedienen.

2025-04-23
Vreemd Nederlands

Jan Meulendijks (1993)

Ordineren

ordenen; wijden (r.k.)

2025-04-23
De vreemde woorden

Fokko Bos, Dr. O. Noordenbos (1955)

Ordineren

in-, vaststellen; tot priester wijden.

2025-04-23
Kramers woordentolk

Jacon Kramers Jz (1948)

ordineren

1 ordenen; 2 tot priester wijden.

2025-04-23
Modern Woordenboek

Jozef Verschueren (1930)

ordineren

('ne:rən) (ordineerde, heeft geordineerd) [Lat. ordinare < ordo, orde (II 2 b a 2)] Kat. de priesterwijding toedienen.

2025-04-23
Oosthoek Encyclopedie

Oosthoek's Uitgevers Mij. N.V (1916-1925)

ordineren

[Lat.] (ordineerde, heeft geordineerd), de priesterwijding geven, wijden.

Gerelateerde zoekopdrachten