optulken
(1986) (inf.) mooi aankleden; optutten, opdirken. • (Jef Anthierens: Wolters' woordwijzer synoniemen. 1986) • (Koenen. Groot Woordenboek. 1986) • Optulken: optutten (volkstaal). (Aldert Walrecht: Woordenboekspel. 1991)
Marc De Coster (2020-2024)
(1986) (inf.) mooi aankleden; optutten, opdirken. • (Jef Anthierens: Wolters' woordwijzer synoniemen. 1986) • (Koenen. Groot Woordenboek. 1986) • Optulken: optutten (volkstaal). (Aldert Walrecht: Woordenboekspel. 1991)
Gerelateerde zoekopdrachten
Log hier in om direct te kunnen beginnen met schrijven.
Wil je dit begrip toevoegen aan je favorieten? Word dan snel vriend van Ensie en geniet van alle voordelen: