Opbollen
(bolde op, heeft en is opgebold), 1. bol worden, rond gaan staan: het lijf van die japon is niet goed in elkaar gezet: het bolt van voren op; — (zelden overg.) het koeltje was niet krachtig genoeg om het zware zeildoek op te bollen; 2. (Zuidn., potteb.) bollen of ballen maken van potaarde; 3. het eerst bollen (bij het b...