Wat is de betekenis van oortje?

2024-04-25
Algemeen Nederlands Woordenboek

Algemeen Nederlands Woordenboek (2009-heden)

oortje

Het begrip oortje heeft 3 verschillende betekenissen: 1) oud, klein muntje. oud, klein muntje; ook: bedrag ter waarde van dit muntje. 2) klein oor. klein oor. 3) handvat van een kopje.

2024-04-25
Woordenboek van Populair Taalgebruik

Marc De Coster (2020-2024)

oortje

1) (2000+) (politie/ onderwereld) officiële persoonsbeveiliger of bodyguard; lijfwacht. • (Elsevier, 17/12/2005: Van aanlopen tot zwijntjesjager). 2) (1988) (journ.) kleine advertentieruimte links of rechts van de kop van een dagblad. In het Engelse vakjargon noemt men de kleine ruimte met weersinformatie de 'weather ear'. ...

2024-04-25
Jargon & Slang van Voetballers

Marc De Coster (2017)

Oortje

Oortje - de bal die wordt gekopt met de zijkant van het hoofd.

2024-04-25
Wielerwoordenboek

Fons Leroy en Wim van Rooy (2010)

oortje

oortje: zend- en ontvangstapparatuur waarmee de ploegleiding met de renners en de renners onderling kunnen communiceren. Het 'oortje' is het onderdeel dat de renners in hun oor plaatsen en via hetwelk ze elkaar en de ploegleiding kunnen horen. Het 'zendertje' is het apparaatje dat via een kabeltje, waarop zich een microfoontje bevindt, verbonden is...

2024-04-25
Wielersportwoordenboek

Jan Luitzen (2009)

oortje

(het; -s) - luidsprekertje dat door een renner in of op het oor wordt gedragen en waardoor hij aanwijzingen kan ontvangen van bv. de ploegleiding. • Bij alle zeven rijders van Phonak tijdens de Ronde van Nederland 2002 zit er met tape een kwart centimeter dikke zender/ontvanger van acht bij vijf centimeter op hun rug vastgeplakt. Het ene snoertje l...

2024-04-25
Woordenboek Nederlandse termen van Bibliotheek en documentaire informatie

dr. P.J. van Swigchem en E.J. Slot (1990)

oortje

1. aan het boekblok vastgelijmde en -genaaide strook papier of perkament waarop de platten worden vastgelijmd, als extra versteviging van het verband. 2. smal, om te vouwen strookje, bevestigd aan de rugzijde van een los blad of losse plaat, om het mee vastnaaien daarvan in het boekblok mogelijk te maken.

2024-04-25
Journalistiek begrippenlijst

Henk Vreekamp (1989)

Oortje

kleine advertentie terzijde van de naam of de logo van een krant.

2024-04-25
Agrarisch Encyclopedie

Veerman (1954)

Oortje

Bij het geoorde blad noemt men de beide lobben of voetslippen, die - tezamen met het grotere voorstuk - de bladschijf vormen de o.; b.v. kranssalie, Salvia verticillala L..

Wil je toegang tot alle 15 resultaten?

Ja, ik word vriend van Ensie!
2024-04-25
Frysk Wurdboek (Friesch woordenboek)

Fa. A.J. Osinga (1952)

Oortje

s.n.; (munt), oartsen (it).