Wat is de betekenis van onversaagd?

onversaagd - Bijvoeglijk naamwoord 1. zonder vrees ♢ Onversaagd te werk gaan. Woordherkomst antoniem van versaagd met het voorvoegsel on- Synoniemen onverschrokken, onbevreesd, stoutmoedig Antoniemen bang, bevreesd, angstig, versaagd

adj. & adv., ûnforslein, manmoedich, ûnforfeard.

bn. bw. (-er, -st), niet versagend, onverschrokken: ’t onversaagde Gent; hij bracht, met onversaagde zin, rust en rijkdom aan het vaderland ten offer ; — bw.: onversaagd strijden ; de vijand onversaagd in de ogen zien.

bn., bw. (onverschrokken, zonder vrees): een onversaagd strijder; den vijand onversaagd onder de ogen zien.

(onvər'sa:cht) bn. en bw. (-er, -st) zonder vrees en zonder de moed te verliezen : ’t -e Gent; met —e zin; iemand in de ogen zien. Syn. → dapper.

bn. en bw. (-er, -st), niet versagend, onverschrokken.

...

bn. bw. (-er, -st), onverschrokken : ’t onversaagde Gent; hij bracht, met onversaagden zin, rust en rijkdom aan het vaderland ten offer; — bw. op eene wijze die van onverschrokkenheid getuigt: onversaagd strijden; den vijand onversaagd in de oogen zien. ONVERSAAGDHEID, v. dapperheid, onverschrokkenheid.

zie Dapper.