Wat is de betekenis van Onteren?

2024-04-26
Nederlandstalige WikiWoordenboek

Wiktionary (2019)

onteren

onteren - Werkwoord 1. (ov) iemand van zijn of haar eer beroven En er kwamen Babyloniers tot haar om liefdesgemeenschap met haar te hebben; zij onteerden haar met hun ontucht, en toen zij door hen onteerd was, keerde zij zich van hen af. Woordherkomst Afgeleid van eren met h...

2024-04-26
Art & Architecture Thesaurus

Getty Research Institute (1990)

onteren

onteren - Het met opzet schade toebrengen aan de buitenkant of het uiterlijk van gebouwen of voorwerpen.

2024-04-26
Frysk Wurdboek (Friesch woordenboek)

Fa. A.J. Osinga (1952)

Onteren

v., ûntearje; iem. —, immen de kroan fan ’e holle nimme.

2024-04-26
Woordenboek Nederlands-Turks

Mehmet Kiriş (2024)

2024-04-26
Groot woordenboek der Nederlandse taal

Van Dale Uitgevers (1950)

Onteren

(onteerde, heeft onteerd), 1. van zijn eer beroven, te schande maken: dergelijke daden onteerden de priesterstand. 2. (in toepassing op een vrouw) schenden.

2024-04-26
Verklarend handwoordenboek der Nederlandse taal

M. J. Koenen's (1937)

onteren

onteerde, h. onteerd (beroven van de eer; schenden).

2024-04-26
Modern Woordenboek

Jozef Verschueren (1930)

onteren

(ont'e:rən) (onteerde, heeft onteerd) 1. van de eer beroven : zulke gevoelens de mens; een -de beschuldiging ; een -de straf berooft van zekere burgerlijke rechten. 2. schenden: het heilige -.

2024-04-26
Oosthoek Encyclopedie

Oosthoek's Uitgevers Mij. N.V (1916-1925)

onteren

(onteerde, heeft onteerd), 1. van zijn eer beroven, te schande maken; 2. schenden, verkrachten.

Wil je toegang tot alle 11 resultaten?

Ja, ik word vriend van Ensie!
2024-04-26
Prisma Groot Woordenboek Nederlands

Unieboek | Het Spectrum (2024)