ontelbaar
ontelbaar - Bijvoeglijk naamwoord 1. heel veel, zoveel dat het niet meer te tellen is ♢ De sportheld kreeg ontelbare eerbewijzen. Woordherkomst antoniem van telbaar met het voorvoegsel on- Antoniemen telbaar
Wiktionary (2019)
ontelbaar - Bijvoeglijk naamwoord 1. heel veel, zoveel dat het niet meer te tellen is ♢ De sportheld kreeg ontelbare eerbewijzen. Woordherkomst antoniem van telbaar met het voorvoegsel on- Antoniemen telbaar
Muiswerk Educatief (2017)
ontelbaar - bijvoeglijk naamwoord uitspraak: on-tel-baar 1. heel veel, niet te tellen ♢ er stond een ontelbare menigte op het plein Bijvoeglijk naamwoord: on-tel-baar de/het ontelbare ... Synoniemen ta...
Van Dale Uitgevers (1950)
bn. bw., niet kunnende geteld worden: een ontelbare menigte; ontelbaar veel schapen leven daar.
J.H. van Dale (1898)
bn. bw. niet kunnende geteld worden: een ontelbare menigte; ontelbaar veel schapen leven daar. ONTELBAARHEID, v.
I.M. Calisch (1864)
Ontelbaar, bn. en bijw. niet te tellen, talloos. *-HEID, v. gmv. *...TEMBAAR, bn. en bijw. (-der, -st), *...TEMMELIJK, (-er, -st), niet getemd kunnende worden. -HEID, v. gmv.
Gerelateerde zoekopdrachten
Log hier in om direct te kunnen beginnen met schrijven.
Wil je dit begrip toevoegen aan je favorieten? Word dan snel vriend van Ensie en geniet van alle voordelen: