Wat is de betekenis van Ontegensprekelijk?

2024-03-28
Typisch Vlaams woordenboek

Ludo Permentier en Rik Schutz (2015)

ontegensprekelijk

zeker, onweerlegbaar Naast mij zat een man van mijn leeftijd, met een gaaf gebit, maar misschien was het vals, terwijl de grijns waarmee hij het ontblootte ontegensprekelijk echt was. (Elvis Peeters, De ontelbaren) Belgisch-Nederlandse Standaardtaal Gangbaarheid: 6 Vlaamsheid: 7

2024-03-28
Vlaams-Nederlands woordenboek

Peter Bakema (2003)

ontegensprekelijk

(bw.) ontegenzeggelijk, onweerlegbaar. Wie zijn tegenstander in een mentale wurggreep houdt, is ontegensprekelijk de morele winnaar. - DS, 10-08-2002.

2024-03-28
Groot woordenboek der Nederlandse taal

Van Dale Uitgevers (1950)

Ontegensprekelijk

bn. bw. (-er, -st), niet tegengesproken kunnende worden, onwederlegbaar: verkeerde opvattingen voor ontegensprekelijke waarheden uitventen.

Wil je toegang tot alle 8 resultaten?

Ja, ik word vriend van Ensie!
2024-03-28
Verklarend handwoordenboek der Nederlandse taal

M. J. Koenen's (1937)

ontegensprekelijk

bn., bw. (onbetwistbaar): een ontegensprekelijk bewijs; ontegensprekelijk waar.