Wat is de betekenis van ontaarden?

2024-04-19
Nederlandstalige WikiWoordenboek

Wiktionary (2019)

ontaarden

ontaarden - Werkwoord 1. ergatief overgaan in iets verkeerds Zuinigheid moet niet in gierigheid ontaarden. Woordherkomst Afgeleid van het werkwoord aarden met het voorvoegsel ont-. Synoniemen degenereren, verkeren, verworden

2024-04-19
Muiswerk Educatief

Muiswerk Educatief (2017)

ontaarden

ontaarden - regelmatig werkwoord uitspraak: ont-aar-den 1. overgaan in iets dat slecht(er) is ♢ de discussie ontaardde in ruzie 2. goede eigenschappen verliezen ♢ de voetbalsport ontaardt in oor...

2024-04-19
Agrarisch Encyclopedie

Veerman (1954)

Ontaarden

Iedere verandering, die de genetische of landbouwkundige waarde van een ras blijvend verlaagt. Het o. kan uit verschillende oorzaken voortvloeien. Het kan een gevolg zijn van het feit, dat vele rassen hun oorsprong vinden in kruisingspopulaties. Een jong ras van een zelfbevruchter is dientengevolge dikwijls niet volkomen homozygoot en zal derhalve...

2024-04-19
Frysk Wurdboek (Friesch woordenboek)

Fa. A.J. Osinga (1952)

Ontaarden

v., ûntaerdzje, forskaeije, útskaeije, forwetterje.

2024-04-19
Woordenboek Nederlands-Turks

Mehmet Kiriş (2024)

2024-04-19
Groot woordenboek der Nederlandse taal

Van Dale Uitgevers (1950)

Ontaarden

(ontaardde, is ontaard), 1. uit de aard slaan, de goede aard van het voorgeslacht verliezen: hoe kon een zoon van zulke brave ouders zo ontaarden? 2. (van zaken) overgaan in iets dat slecht is of minder goed: de vrolijkheid ontaardde al heel spoedig in een hinderlijke luidruchtigheid; zuinigheid ontaardt in gierigheid, nauwkeurigheid...

2024-04-19
Verklarend handwoordenboek der Nederlandse taal

M. J. Koenen's (1937)

ontaarden

ontaardde, i. ontaard (minder goed worden dan het voorgeslacht; in het alg. verbasteren): spaarzaamheid ontaardt wel eens in gierigheid.

2024-04-19
Modern Woordenboek

Jozef Verschueren (1930)

ontaarden

(ontaardde, is ontaard) 1. slechter worden : dat een jongen zo kan? Syn. verbasteren, uit de aard slaan, veraarden. 2. veranderen in iets dat minder goed of slecht is : spaarzaamheid ontaardt wel eens in gierigheid.

Wil je toegang tot alle 10 resultaten?

Ja, ik word vriend van Ensie!
2024-04-19
Oosthoek Encyclopedie

Oosthoek's Uitgevers Mij. N.V (1916-1925)

ontaarden

(ontaardde, is ontaard), 1. de goede aard van het voorgeslacht verliezen: hoe kon een zoon van zulke ouders zo ontaarden ?; 2. (van zaken) overgaan in iets dat slecht is of minder goed: de vrolijkheid ontaardde al spoedig in een hinderlijke luidruchtigheid.