Wat is de betekenis van Onrustbarend?

2024-12-08
Prisma Groot Woordenboek Nederlands

Unieboek | Het Spectrum (2024)

2024-12-08
Woordenboek Nederlands-Turks

Mehmet Kiriş (2024)

2024-12-08
Groot woordenboek der Nederlandse taal

Van Dale Uitgevers (1950)

Onrustbarend

bn. bw., onrust, zorgen, ongerustheid verwekkende: een onrustbarend verschijnsel; onrustbarende tijdingen; — bw., in verontrustende mate: de zucht tot uitgaan neemt onrustbarend toe.

2024-12-08
Verklarend handwoordenboek der Nederlandse taal

M. J. Koenen's (1937)

onrustbarend

bn., bw. (zorgwekkend): de toestand was onrustbarend; een onrustbarend verschijnsel.

2024-12-08
Modern Woordenboek

Jozef Verschueren (1930)

onrustbarend

(onruzd'ba:rənt) bn. en bw. zorgwekkend : een rumoer; te werk gaan.

2024-12-08
Oosthoek Encyclopedie

Oosthoek's Uitgevers Mij. N.V (1916-1925)

onrustbarend

bn. en bw. (-er, -st), zorgwekkend: een onrustbarend verschijnsel.

2024-12-08
Groot woordenboek der Nederlandsche taal

J.H. van Dale (1898)

Onrustbarend

bn. bw. onrust, zorgen verwekkende; ongerustheid, bezorgdheid veroorzakend: een onrustbarend verschijnsel; onrustbarende tijdingen; — de zucht tot uitgaan neemt onrustbarend toe.

2024-12-08
Prisma Woordenboek Nederlands

Unieboek | Het Spectrum (2024)

Gerelateerde zoekopdrachten