onderdaan
onderdaan - Zelfstandignaamwoord 1. iemand die behoort tot een bepaald land, meestal een koninkrijk ♢ Is de koning ook een onderdaan? Woordherkomst Vanaf ónderdaen (onderworpen) of ónderdoen (onderwerpen) Antoniemen bovendaan
Wiktionary (2019)
onderdaan - Zelfstandignaamwoord 1. iemand die behoort tot een bepaald land, meestal een koninkrijk ♢ Is de koning ook een onderdaan? Woordherkomst Vanaf ónderdaen (onderworpen) of ónderdoen (onderwerpen) Antoniemen bovendaan
Direct toegang tot alle 13 resultaten over onderdaan?
Muiswerk Educatief (2017)
onderdaan - zelfstandig naamwoord uitspraak: on-der-daan 1. wie aan de staat moet gehoorzamen ♢ zij horen tot de onderdanen van dit land 1. onderdaan (grappig) [been] Zelfstandig naa...
Dr. E. Schröder (1980)
Voor de verklaring van het woord onderdaan moeten wij teruggaan naar een werkwoord onderdoen dat de klemtoon op de eerste lettergreep had en dat betekende: onderwerpen, de baas worden. Het voltooide deelwoord luidde: ondergedaan. Daaruit is het bijvoeglijke naamwoord onderdaan ontstaan, dat betekende: onderworpen en dat later is vervangen door onde...
Fa. A.J. Osinga (1952)
s., ûnderdien.
Van Dale Uitgevers (1950)
m. en v. (...danen), 1. iem. die aan een ander onderworpen is, uitsluitend gezegd in betrekking tot een regerende vorst of een souvereine staat, van de personen die aan de oppermacht van de vorst of de staat ondergeschikt zijn, onder hun gebied, bewind of gezag staan: in geen geval mogen de onderdanen des konings vreemde ordetekenen, titels, ran...
M. J. Koenen's (1937)
m. en v. onderdanen (eig. ondergeschikte, dienaar; een bewoner van een land met betrekking tot den vorst of de staat): ik blijf uw getrouwe onderdaan; scherts, mijn onderdanen, a) de benen, b) de voeten.
Uitgeverij Joost van den Vondel (1933-1939)
Degene, die en voor zoover hij aan bestuursgezag onderworpen is. → Gezag.
Jozef Verschueren (1930)
1. (‘ondər) m. en v. (...danen) persoon die aan de oppermacht van een vorst of staat ondergeschikt is: ’s konings ...danen; Scherts, mijn ...danen, mijn benen of voeten. Tgst. gezaghebber 2. (‘da:n) bn. Veroud. onderdanig
T. Pluim (1921)
eig. ondergedaan — onderworpen. Vroeger was het ook een bijv. n.w. (thans: onderdanig): „Mensch en vee zijn onderdaan aan 't sterven.” (Vondel.)
Oosthoek's Uitgevers Mij. N.V (1916-1925)
Onderdaan. - Behalve zij, die Nederlander zijn volgens de wet op het Nederlanderschap en het ingezetenschap, zijn krachtens de wet van 10 Febr. 1910, Stb. 55 ook Nederl. onderdanen: 1) zij, die in Ned. Indië zijn geboren uit ouders aldaar gevestigd, of, is de vader niet bekend, uit een aldaar gevestigde moeder; 2) de in N. I. geborenen, wier ouders...
Oosthoek's Uitgevers Mij. N.V (1916-1925)
m. (-danen), 1. eig. ondergeschikte; 2. een bewoner van een land met betrekking tot vorst of staat; 3. (mv., scherts.) benen: ik word een dagje ouder, mijn onderdanen willen niet best meer mee.
J.Pluim (1911)
eig. ondergedaan, van onderdoen = onderwerpen; vroeger was onderdaan (voor ondergedaan) ook een bijv .nw. (thans onderdanig), bijv. bij Vondel: „En mensch en vee zijn onderdaan aan ’t sterven”.
J.H. van Dale (1898)
Het begrip onderdaan heeft 2 verschillende betekenissen: 1. onderdaan - bn. (veroud.) onderdanig. 2. onderdaan - m. en v. (...danen), ONDERDANE, v. (-n), iem. die aan een ander onderworpen is, uitsluitend gezegd in betrekking tot een regeerenden vorst of een souvereinen staat, van de personen die aan de oppermacht van den vorst of den staat onderg...
Log hier in om direct te kunnen beginnen met schrijven.