Wat is de betekenis van ondanks?

2024-04-20
Nederlandstalige WikiWoordenboek

Wiktionary (2019)

ondanks

ondanks - Voorzetsel 1. ook al is het zo dat Zij wisten ondanks het noodweer hun eindbestemming zonder al te veel vertraging te bereiken. Woordherkomst afgeleid van ondank met het achtervoegsel -s Uitdrukkingen en gezegden ♦ ondanks dat ...

2024-04-20
Muiswerk Educatief

Muiswerk Educatief (2017)

ondanks

ondanks - voorzetsel uitspraak: on-danks 1. het gebeurt toch, hoewel er tegenwerking is ♢ ondanks zijn gemopper ben ik weggegaan Voorzetsel: on-danks Synoniemen niettegenstaande

2024-04-20
Vlaams-Nederlands woordenboek

Peter Bakema (2003)

ondanks

in België ook als voegwoord: ondanks dat..., hoewel... Een verpleegster had tijdens haar sollicitatie verzwegen dat ze een beroepsziekte had, namelijk eczeem, maar dan enkel als ze in contact kwam met nikkel. Ondanks dat dit zo zelden voorkwam en zo'n geringe invloed op haar werk had, werd ze om dringende reden ontslagen. - BvL, 23...

2024-04-20
Zuidnederlands Woordenboek

Walter De Clerck (1981)

ondanks

Hoewel, ofschoon. Het gevolg was dat diezelfde personen nog eens werden opgebracht ondanks zij vrijuit moesten kunnen gaan, Gazet v. Antw. 8/4/1977. Opm.: In de standaardt. uitsl. als vz.

2024-04-20
Zuid-afrikaans woordenboek

H.J. Terblanche - M.A., D. Litt

ondanks

nieteenstaande.

2024-04-20
Frysk Wurdboek (Friesch woordenboek)

Fa. A.J. Osinga (1952)

Ondanks

praep., nettsjinsteande.

2024-04-20
Woordenboek Nederlands-Turks

Mehmet Kiriş (2024)

2024-04-20
Groot woordenboek der Nederlandse taal

Van Dale Uitgevers (1950)

Ondanks

vz., [eig. genitief van ondank (II)], 1. tegen de wil van de genoemde persoon, tegen zijn zin, in weerwil of in spijt van hem: ondanks zijn vader tekende hij als koloniaal; 2. in weerwil van, niettegenstaande: ondanks mijn verbod ging hij uit; — des ondanks, in weerwil hiervan: waardering vind ik niet, des ondan...

Wil je toegang tot alle 14 resultaten?

Ja, ik word vriend van Ensie!
2024-04-20
Verklarend handwoordenboek der Nederlandse taal

M. J. Koenen's (1937)

ondanks

vz. (eig. tegen de wil of de mening van): ondanks mijn verbod, trots, spijt.