Wat is de betekenis van onafzetbaar?

2025-01-22
Nederlandstalige WikiWoordenboek

Wiktionary (2019)

onafzetbaar

onafzetbaar - Bijvoeglijk naamwoord 1. niet afgezet kunnen worden De president die voor het leven benoemd is, was onafzetbaar.

2025-01-22
Muiswerk Educatief

Muiswerk Educatief (2017)

onafzetbaar

onafzetbaar - bijvoeglijk naamwoord uitspraak: on-af-zet-baar 1. wie niet afgezet kan worden ♢ rechters worden voor hun leven benoemd en zijn onafzetbaar Bijvoeglijk naamwoord: on-af-zet-baar de/het onafzetbare ......

2025-01-22
Groot woordenboek der Nederlandse taal

Van Dale Uitgevers (1950)

Onafzetbaar

bn., niet afgezet kunnende worden uit een ambt, een bediening enz.; voor zijn leven aangesteld, onder voorwaarde van niet te kunnen worden afgezet of ontslagen dan in de gevallen en op de wijze bij de wet bepaald: de rechters worden voor hun leven benoemd en zijn onafzetbaar.

2025-01-22
Verklarend handwoordenboek der Nederlandse taal

M. J. Koenen's (1937)

onafzetbaar

bn.: een rechter behoort onafzetbaar te zijn, niet ontslagen kunnende worden.

2025-01-22
Modern Woordenboek

Jozef Verschueren (1930)

onafzetbaar

(onaf'sedba:r) bn. (...bare) niet afgezet kunnende worden: een rechter is -.

2025-01-22
Groot woordenboek der Nederlandsche taal

J.H. van Dale (1898)

Onafzetbaar

bn. niet afgezet kunnende worden, t. w. uit een ambt, eene bediening enz.; voor zijn leven aangesteld, onder voorwaarde van niet te kunnen worden afgezet of ontslagen dan alleen door rechterlijke uitspraak, in de gevallen bij de wet bepaald : een rechter behoort onafzetbaar te zijn; zij worden voor hun leven benoemd en zijn onafzetbaar. ONAFZETBAAR...

2025-01-22
Woordenboek voor vrijmetselaren

W. de Grebber (1844)

Onafzetbaar

ONAFZETBAAR. Zie LEVENSLANG.