Wat is de betekenis van omzeilen?

2024-04-25
Nederlandstalige WikiWoordenboek

Wiktionary (2019)

omzeilen

ómzeilen - Werkwoord 1. ergatief langs een omweg zeilen omzéílen - Werkwoord 1. (ov) via een omweg rond een obstakel zijn doel weten te bereiken Zo hebben we die file netjes omzeild. 2. (ov) overdrachtelijk een moeilijkheid uit de weg weten te gaan, behoedzaam ontwijk...

2024-04-25
Muiswerk Educatief

Muiswerk Educatief (2017)

omzeilen

omzeilen - regelmatig werkwoord uitspraak: om-zei-len 1. ervoor zorgen dat je er niet mee te maken krijgt ♢ hij omzeilt de problemen op een handige manier Regelmatig werkwoord: om-zei-len ik omzeil ...

2024-04-25
Groot woordenboek der Nederlandse taal

Van Dale Uitgevers (1950)

Omzeilen

I. (zeilde om, heeft en is omgezeild), 1. om of langs iets heen zeilen: het schip heeft al vaak de Kaap omgezeild; 2. her- en derwaarts zeilen: terwijl het eskader in de Middellandse Zee omzeilde; 3. langs een omweg zeilen: om het ijs moet het schip een heel eind omzeilen; 4. (overg.) zeilende omverwerpen: wij hebben een...

2024-04-25
Verklarend handwoordenboek der Nederlandse taal

M. J. Koenen's (1937)

omzeilen

I. zeilde om, h. (1, 2, 3), i. (1, 3) omgezeild (1 om of langs iets zeilen; 2 heren derwaarts zeilen; 3 langs een omweg zeilen): 1. die kaap omzeilende; 2. jaren op zee omzeilen; 3. een heel eind omzeilen; II. omzeilde, h. omzeild (lit. t. in een kring om een ruimte heenzeilen): om ‘s werelds assen te omzeilen; een moeilijkheid uit de weg ga...

2024-04-25
Modern Woordenboek

Jozef Verschueren (1930)

omzeilen

I. (’om) (zeilde om, heeft en is omgezeild)[om Opm. 1 b] Eig. 1. [2] eromheen zeilen : een kaap -. 2. [3] her- en derwaarts zeilen : op de zee -. 3. [6] langs een omweg zeilen : het schip heeft moeten -. 4. [11] zeilend omverwerpen : een paal -. II. (om'zeilm) (omzeilde, heeft omzeild) Metf. [van I 1] behoedzaam vermijden : moeilijk...

2024-04-25
Prisma Groot Woordenboek Nederlands

Unieboek | Het Spectrum (2024)

2024-04-25
Groot woordenboek der Nederlandsche taal

J.H. van Dale (1898)

Omzeilen

Omzeilen (zeilde om, heeft en is omgezeild), om of langs iets heen zeilen: het schip heeft al vaak de Kaap omgezeild; is de vloot langs de kust omgezeild?, — (spr.) een klip omzeilen, voor eene moeilijkheid uit den weg gaan en er om heen wijken, ze langs een omweg te boven komen; — her- en derwaarts zeilen: terwijl het eskader in de Mi...

2024-04-25
Prisma Woordenboek Nederlands

Unieboek | Het Spectrum (2024)

Wil je toegang tot alle 9 resultaten?

Ja, ik word vriend van Ensie!
2024-04-25
Zeemans woordenboek

Jacob van Lennep (1865)

Omzeilen

b.w. - Om heen zeilen. Een hoek omzeilen.