Wat is de betekenis van omrollen?

2024-04-24
Nederlandstalige WikiWoordenboek

Wiktionary (2019)

omrollen

omrollen - Werkwoord 1. (intr) zich rollend bewegen, omwentelen 2. (intr) rollend omvallen 3. (ov) door rollen omgooien 4. omwentelen Woordherkomst samenstelling van om en rollen

2024-04-24
Groot woordenboek der Nederlandse taal

Van Dale Uitgevers (1950)

Omrollen

(rolde om, heeft en is omgerold), 1. (overg.) omwentelen: ’t is geen kinderwerk die vaten om te rollen; — zich omrollen, zich wentelen: de paarden rolden zich in ’t gras om; 2. op-, ineenrollen: pas op, dat je dat behangsel niet scheef omrolt; 3. rollend omwerpen: probeer nu eens die ke...

2024-04-24
Modern Woordenboek

Jozef Verschueren (1930)

omrollen

(’om) (rolde om, omgerold) I. (heeft) rollend 1. bewegen : vaten, zich -. 2. ineendraaien ; behangselpapier -. 3. omwerpen ; een kegel -. II. (is) rollend 1. zich bewegen : in ’t gras -. 2. omvallen : bij het struikelen -.

2024-04-24
Oosthoek Encyclopedie

Oosthoek's Uitgevers Mij. N.V (1916-1925)

omrollen

(rolde om, heeft en is omgerold), 1. omwentelen: het is geen kinderwerk die vaten om te rollen; zich -, zich wentelen: de paarden rolden zich in het gras om; 2. op-, ineenrollen: pas op, dat je dat behangsel niet scheef omrolt; 3. (rollend) omvallen: pas op, rol maar niet om.

2024-04-24
Prisma Groot Woordenboek Nederlands

Unieboek | Het Spectrum (2024)

2024-04-24
Groot woordenboek der Nederlandsche taal

J.H. van Dale (1898)

Omrollen

(rolde om, heeft en is omgerold), in de rondte rollen, omwentelen : ’t is geen kinderwerk die vaten om te rollen; — op-, ineenrollen : pas op, dat gij dat behangsel niet scheef omrolt; — zich omrollen, zich omwentelen : een steen kan zich niet omrollen; pas waren de paarden in de weide, of zij rolden zich lekker in 't gras o...