Wat is de betekenis van Notenkraker?

...

1) (19e eeuw) (inf.) muzikant. Syn.: notenpoeper*. Een hedendaags syn. is muso*. • Een muziekmeester, of zooals hij hem in zijn verbolgenheid geliefde te noemen: 'een notenkraker', - zijn schoonzoon. (De Tijdspiegel. Jaargang 24. 1867) • Notenkraker. Spotnaam voor muzikant. (L. Lievevrouw-Coopman: Gents Woordenboek. 1950) • Als liv...

notenkraker - Zelfstandignaamwoord 1. (gereedschap) een werktuig dat het kraken van noten vergemakkelijkt ♢ Mag ik die notenkraker even? 2. (vogels) een vogel van het geslacht Nucifraga dat voorkomt in de bossen van Eurazië en Noord-Amerika ♢ Notenkrakers lev...

notenkraker - zelfstandig naamwoord uitspraak: no-ten-kra-ker 1. tang om noten mee te kraken ♢ je kunt deze noten kraken met de notenkraker Zelfstandig naamwoord: no-ten-kra-ker de notenkraker ...

Notenkrakers zijn wintergasten uit Scandinavië en Siberië. Tijdens 'invasies' kunnen tot soms grote aantallen notenkrakers in Nederland opduiken. Vaak zijn deze wintergasten opvallend goed te benaderen; ze zijn weinig mensen gewend en zien ons niet snel als bedreiging. Minder bekend is dat de notenkraker in Nederland gebroed heeft. Met name na grot...

Nucifraga caryocatactes (Linnaeus: Corvus) 1758. De Notenkraker voedt zich vooral met hazelnoten. Het inhakken op de verhoute dop is van afstand te horen (Bulteel 1992; Oriolus). In N is hij een onregelmatige gast, soms invasief; in de Ardennen broedt hij. Een historisch gedocumenteerde invasie was in het jaar 1753 [Vroeg 1764].Fries Nutekreaker &l...

notenkraker - Voorwerpen of apparaten die worden gebruikt voor het kraken van noten.

→ Kraaien.

De notenkraker is een zangvogeltje, dat ’s winters soms bij ons logeert en zijn puntige snavel, die als een schaar werkt, in onze naaldbossen in de grond steekt. Het donkerbruine vogeltje met witte spikkels en een witte buik, een groenzwart snaveltje en een keelzak als voorraadkamertje, is 35 cm groot, hipt maar wat en roept „Schraagggk...