noodlot
noodlot - Zelfstandignaamwoord 1. datgene wat het toeval iemand doet overkomen ♢ Het was blijkbaar zijn noodlot om in die maalstroom terecht te komen.
Wiktionary (2019)
noodlot - Zelfstandignaamwoord 1. datgene wat het toeval iemand doet overkomen ♢ Het was blijkbaar zijn noodlot om in die maalstroom terecht te komen.
Muiswerk Educatief (2017)
noodlot - zelfstandig naamwoord uitspraak: nood-lot 1. ongelukkige toevalligheid ♢ het noodlot heeft mij getroffen Zelfstandig naamwoord: nood-lot het noodlot
Van Dale Uitgevers (1950)
o., 1. (naar de opvatting der Grieken en Romeinen) fataliteit, lot , dat een mens noodzakelijk ten deel valt, bepaald door een onafwendbare macht, die zelf de Goden beheerst: het geloof aan een onvermijdelijk noodlot; 2. ongelukkig lot dat iem. bedreigt of treft: het noodlot heeft het zo gewild; door het noodlot achtervolgd; dat is zijn n...
M. J. Koenen's (1937)
o. (heidens beginsel van een ongekende en onafwendbare macht, dikwijls met de bijgedachte aan iets kwaads; in het alg. bestemming): het noodlot beheerste bij de heidenen zelfs de góden; verg. fatum.
Uitgeverij Joost van den Vondel (1933-1939)
De onvermijdelijke → noodzakelijkheid, waaraan alles, God zoo goed als de mensch, onderworpen is (→ Fatalisme), zoodat van vrije wilsdaden nergens sprake kan zijn (→ Determinisme). Soms wordt het in beperkteren zin genomen als het gericht zijn der geschapen oorzaken op hun door God voorziene gevolgen (S. Th., Ia, 116, 4, c). In dit g...
Gerelateerde zoekopdrachten
Log hier in om direct te kunnen beginnen met schrijven.
Wil je dit begrip toevoegen aan je favorieten? Word dan snel vriend van Ensie en geniet van alle voordelen: