Wat is de betekenis van Non plus ultra?

1994
2023-03-23
Woordenboek vreemde woorden

A. Kolsteren en Ewoud Sanders (1994)

Non plus ultra

zie nec plus ultra.

1955
2023-03-23
De vreemde woorden.
woordenboek

Fokko Bos, Dr. O. Noordenbos (1955)

Non plus ultra

waarboven niets gaat, het allerbeste

1950
2023-03-23
Groot woordenboek der Nederlandse taal

Van Dale Uitgevers (1950)

Non plus ultra

(Lat.), nec plus ultra (zie ald.)

1949
2023-03-23
De Kleine Winkler Prins

Winkler Prins (1949)

Non plus ultra

ook nee plus ultra (Lat), het hoogste dat te bereiken is.

1948
2023-03-23
Kramers woordentolk

Jacon Kramers Jz (1948)

non plus ultra

(Lat.) zie nec plus ultra.

1940
2023-03-23
Gevleugelde woorden

J.H. de Ruijter (1940)

Non plus ultra

Term, welke dient om den hoogsten graad eener hoedanigheid aan te wijzen. Zie: Nec plus ultra.

1933
2023-03-23
Katholieke Encyclopaedie

Uitgeverij Joost van den Vondel (1933-1939)

Non plus ultra

(Lat.) = niet meer verder; iets volkomens in zijn soort. Eigenaardige vertaling van een vers uit de derde Nemeïsche ode van Pindarus: „Niet verder dan over de zuilen van Hercules kan men de onbegaanbare zee bevaren”. Mét de twee zuilen komt de spreuk als in- of opschrift voor in de wapens van Cadiz, Gibraltar, Badajoz e.a. C...

Lees verder
1930
2023-03-23
Jozef Verschueren

Jozef Verschueren (1930)

non plus ultra

(plus 'ultra) — nee plus ultra, non possumus ('possumus) [Handelingen der Apostelen iv 19, Lat.] wij kunnen niet, het is onmogelijk (omdat het strijdt met onze beginselen), bekend antwoord van paus Clemens VII aan Hendrik VIII van Engeland, die dreigde met zijn land van de Kerk af te vallen, indien de paus hem de gevraagde echtschei...

Lees verder
1914
2023-03-23
Vreemde woorden woordenboek

Fokko Bos (1914)

non plus ultra

non plus ultra - het onverbeterlijke, waarboven niets gaat, het allerbeste.

1910
2023-03-23
Handelslexicon

J. Hagers (1910)

Non plus ultra

Non plus ultra - zonder wedergade, dus het allerbeste.

1908
2023-03-23
Vivat's Geïllustreerde Encyclopedie

J. Kramer (1908)

Non plus ultra

lat., niet verder; gewoonlijk gebezigd om aan te duiden dat iets in zijn soort onovertrefbaar, het hoogste, het toppunt is.

1906
2023-03-23
Wink's vreemde woordenboek

dr. Jan Romein (1906)

Non plus ultra

Lat., het toppunt, het onovertreffelijke.

1898
2023-03-23
Groot woordenboek der Nederlandsche taal

J.H. van Dale (1898)

Non plus ultra

het onovertreffelijke, het toppunt, de kroon.

1864
2023-03-23
Beknopt kunstwoordenboek

I.M. Calisch (1864)

non plus ultra

non plus ultra - het onovertreffelijke, het toppunt, de kroon