Wat is de betekenis van non?

2025-02-14
Indonesisch Nederlands woordenboek

W. J. S. Poerwadarminta en dr. A. Teeuw (1950)

non

= nona, juffrouw.

2025-02-14
Prisma Groot Woordenboek Nederlands

Unieboek | Het Spectrum (2024)

2025-02-14
Nederlandse Voornamenbank

Meertens Instituut (2020)

Non

Eenstammige verkorting van een Germaanse naam, nog eens sterk verkort via de stam nôthi, respectievelijk -a uit nand-namen; nand- is Gotisch nanths 'dapper' (zie -nand-); vergelijk Stark 168: Nonno = Nando. Vgl. Ferdinand.

2025-02-14
Nederlandstalige WikiWoordenboek

Wiktionary (2019)

non

non - Zelfstandignaamwoord 1. (religie) inwoonster van een vrouwenklooster Nonnen kan men makkelijk herkennen aan hun typische zwart-witte kledij. Synoniemen zuster

2025-02-14
Verklarend woordenboek Nederlands-Indië

Pieter Johannes Veth (2003)

non

non [meisje]. Zie non(n)a.

2025-02-14
Lexicon van het bijgeloof

Walter Gerlach (2000)

Non

De gelofte der kuisheid en het niet gehuwd zijn van nonnen, monniken en priesters vinden (en vonden) vele mensen verdacht, en dat is vermoedelijk de reden van het negatieve bijgelovige imago van de vertegenwoordigers van de geestelijke stand, die men vroeger liever niet zomaar over straat zag gaan. Een non tegenkomen vond men minstens zo akelig als...

2025-02-14
Dromen encyclopedie

Fink (1998)

Non

Net als ‘monnik’, alleen met een vrouwelijk voorteken.

2025-02-14
Vloeken lexicon

Prof. dr. P.G.J. van Sterkenburg (1997)

non

In het zuiden van het taalgebied komt de weinig extatische bastaardvloek honderd zakken gort voor de nonnen voor. Men mag bij non natuurlijk aan ‘zuster, religieuze’ denken. Toch is het aannemelijker om in gort voor de nonnen een substituut te zien van godverdomme, waardoor de vloek iedere vlinderachtige lich...

Wil je toegang tot alle 20 resultaten?

Ja, ik word vriend van Ensie!
2025-02-14
Vreemd Nederlands

Jan Meulendijks (1993)

Non

kloosterzuster; duif; aanspreektitel van een meisje (Ind.)