Wat is de betekenis van Neuk?

(18e eeuw, vero.) (Vlaanderen, inf.) slag, stoot. Het WNT citeert Leonard Lodewijk de Bo: (Westvlaamsch Idioticon. 1870-73). • Neuk. Slag, stoot. Iemand nen — draaien: (1797) maer k' wil k' ik blind worden salsekse nie ne neuk draeën dat se sullen spertelen en roepen na hun leste gebod. Vierde Samenspr. I. (L. Lievevrouw-Coopman: Ge...

neuk - Werkwoord 1. eerste persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van neuken ♢ Ik neuk 2. gebiedende wijs van neuken ♢ neuk! 3. (bij inversie) tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van neuken ♢ neuk je?

(zn) klap WB.

voor toelichting op het woord neuken, voorkomend in talrijke uitdr., zie dat neukt niet. 1. de-,vulgaire afscheidsgroet. Vgl. de ballen!; de mazzel. Een por in m’n zij. ‘Kom je eruit? De neuk, vriend’, zegt hij zacht. (Johnny van Doorn: Langzame wals, 1986) 2. wie de-,wie in godsnaam?, bijv. wie de neuk is hij?‘wie is die gozer?’ Van Engels slang...

In het militaire jargon van de jaren vijftig en zestig kwam de weinig fijnzinnige verwensing krijg de neuk! voor, met als variant krijg de naneuk! Ook hier gaat het om het uitdrukken van woede en andere frustratie. Met betrekking tot de etymologie blijft het speculeren. Betekent de term oorspronkelijk ‘krijg de stoot, wordt verk...

(Harde) slag, duw, stomp, stoot. - Zie ook de dialectwdb., m.n. BO en L.-C. Wie Ann een neuk zet, krijgt er een terug. Daar kan je van op aan, BERKHOF 1962, 117.

geneuk, slaan; lol.

m. (-en), (Zuidn.) stoot, stomp.

m. (-en) stomp, stoot.