Wat is de betekenis van Netwerken?

(1986) (inf.) zoveel mogelijk invloedrijke mensen bevriend maken, waardoor men een persoonlijk netwerk krijgt. • Vredesvrouwen gaan netwerken. (De waarheid, 22/09/1986) • Vrouwennetwerk adviseerde de aanwezigen veel meer te netwerken. „Wie zich aansluit bij een netwerk kan deelnemen aan het informele circuit dat vaak heel belangrij...

netwerken - Werkwoord 1. het systematisch verzamelen en bewerken van contacten die van belang kunnen zijn bij het realiseren van voorafgestelde doelen netwerken - Zelfstandignaamwoord 1. meervoud van het zelfstandig naamwoord netwerk Woordherkomst Afgeleid van netwerk Antoniemen verkokeren

netwerken - regelmatig werkwoord uitspraak: net-werk-ken 1. contacten leggen waar je je voordeel mee kunt doen ♢ door goed te netwerken bereik je veel Regelmatig werkwoord: net-werk-ken ik netwerk ...

Netwerken is het verzamelbegrip voor instanties die in het werkveld van bodem een netwerkfunctie vervullen.

Het onderhouden, verstevigen en uitbreiden van voor de organisatie belangrijke externe contacten.

sociale contacten leggen met politieke en/of financiële bedoelingen; proberen relaties te verwerven, bijvoorbeeld door in een informele sfeer kennis te maken met mensen aan wie je later nog iets kunt hebben; een kennissenkring opbouwen met in het achterhoofd het mogelijke nut van die kennissen voor je carrière. Het moderne ‘netwerken’ is de methode...

Netwerken - proberen relaties te verwerven, bijvoorbeeld door in een informele sfeer kennis te maken met mensen aan wie je later nog eens iets kunt hebben; een kennissenkring opbouwen met in het achterhoofd het mogelijke nut van die kennissen voor je carrière. Ik ga niet naar feestjes en partijtjes, en ik netwerk niet. Humo, 22-07-97