Nes
Zie Agnes
P. Brood, A.H. Huussen en J. van der Kooi (1999)
Grote en Kleine Nes: twee boerderij plaatsen bij Bierum, oorspronkelijk kleine wierden. Nes = landtong of aangeslibd buitendijks land.
Dankers en Verheul (1965)
Aert Jansz. van (1626-1693) Nederlands vlootvoogd. Vocht samen met De Ruyter in de Tweede en Derde Engelse Oorlog. Onderscheidde zich in de tocht naar Chatham (1667) en de slag bij Solebay (1672). Een van de weinige zeehelden die in bed stierf.
H.J. Terblanche - M.A., D. Litt
woonplek wat insekte of voëls bou of maak om eiers te lê; verblyf van rowers of diewe; houplek; treurige plek; net soos; genes, nesmaak.
Van Dale Uitgevers (1950)
I. v. (-sen), (inz. in aardrijkskundige namen) landtong, aan scherpe bochten van rivieren of aan de zee gelegen; (ook) schor, aanslibbing, buitendijks land (b.v. in Renesse, Scherpenisse). II. bn. bw., 1. (Zuidn.) zacht, week: een nes ei, zacht gekookt; nes brood; — vochtig: dat land ligt te nes, te nat; 2. (gew.) onfris, stinkend: het rui...
M. J. Koenen's (1937)
I. v. nessen (landtong); inz. in samenst.: -nesse, -nisse, b.v. Renesse, Bornisse; II. bn., bw. (Z.-N. 1 zacht, week; 2 vochtig; 3 fris): 1. een nes ei; 2. het riekt hier nes; 3. nes groen.
Uitgeverij Joost van den Vondel (1933-1939)
Landtong, aan scherpe bochten van rivieren of aan zee gelegen. Ook: aangeslikt land in den vorm van een landtong, of: buitendijksch land. Het woord is in vele plaatsnamen terug te vinden bijv. Renesse, Scherpenisse. Verder dragen de vlg. dorpen den naam Nes:1° een dorp op Ameland (XI 208 C1), met ca. 500 inw., 2° in de Friesche gem. Utinge...
Gerelateerde zoekopdrachten
Log hier in om direct te kunnen beginnen met schrijven.
Wil je dit begrip toevoegen aan je favorieten? Word dan snel vriend van Ensie en geniet van alle voordelen: