Wat is de betekenis van namelijk?

namelijk - Bijwoord 1. met name genoemd: luidt een nadere precisering in ♢ Ook woorden in het Lezgi zijn op WikiWoordenboek te vinden. Het is namelijk een meertalig woordenboek. Woordherkomst afgeleid van naam met het achtervoegsel -lijk met het invoegsel -e-

namelijk - bijwoord uitspraak: na-me-lijk 1. er wordt een reden of argument genoemd ♢ hij is uit zijn huis gezet, hij betaalde de huur namelijk niet 2. te weten ♢ er zijn drie koningen, namelijk...

adv., nammentlik, to witten.

...

bw., 1. gebruikt ter inleiding van een uitwerking of optelling, te weten: er zijn in ons land zes universiteiten, namelijk te Leiden enz.; 2. als vw. bw., immers, want: er lopen namelijk vreemde geruchten; het is gevaarlijk dat te beweren, gij moet namelijk weten dat...; — althans: indien namelijk zoiets mogelijk was.

1. bw. (met name; te weten), zie nl.; 2. vgw. bw. (immers, want).

('na:mələk) 1. bw. (wel) te weten: zij heeft een groot zwak, zij kan haar gevoelens nooit verbergen. 2. vgw. immers, want: je moet weten dat...

bw., 1. gebruikt ter inleiding van een uitwerking of optelling, te weten; 2. als voegw. bw., immers, want: er lopen namelijk vreemde geruchten; het is gevaarlijk dat te beweren, u moet namelijk weten dat; althans: indien namelijk zoiets mogelijk was.

...