Wat is de betekenis van Nachtgezicht, nachtspook?

2024-03-28
Woordenboek van Populair Taalgebruik

Marc De Coster (2020-2024)

nachtgezicht, nachtspook

(1908) (scheldw.) lelijk of slordig gekleed iemand. Syn.: bietebauw*. • Nachtspook; afzichtelijk mensch; slordig gekleede vrouw; eerloos en vuil persoon. (A. de Cock: Spreekwoorden en zegswijzen over de vrouwen, de liefde en het huwelijk. 1911) • Nachtspook. o. Afzichtelijk vuil vrouwspersoon. (L. Lievevrouw-Coopman: Gents Woordenboek....

2024-03-28
Scheldwoordenboek

Marc de Coster (2007)

Nachtgezicht, nachtspook

iemand die lelijk (als de nacht) is of slordig gekleed gaat. Doorgaans een vrouw. Vermeld door De Cock. Vgl. spook.

Gerelateerde zoekopdrachten