Wat is de betekenis van Naaister?

2024-04-20
Nederlandstalige WikiWoordenboek

Wiktionary (2019)

naaister

naaister - Zelfstandignaamwoord 1. (beroep) een vrouw die naaiwerk verricht De naaister naaide al onze kapotte broeken. Woordherkomst Naamwoord van handeling van naaien met het achtervoegsel -ster Synoniemen coupeuse

2024-04-20
Muiswerk Educatief

Muiswerk Educatief (2017)

naaister

naaister - zelfstandig naamwoord uitspraak: naai-ster 1. vrouw die voor haar beroep kleding maakt ♢ de naaister heeft mijn rok korter gemaakt Zelfstandig naamwoord: naai-ster de naaister ...

2024-04-20
Zuid-afrikaans woordenboek

H.J. Terblanche - M.A., D. Litt

naaister

vrou wat v/d opbrings van naaldwerk lewe.

2024-04-20
Frysk Wurdboek (Friesch woordenboek)

Fa. A.J. Osinga (1952)

Naaister

s., (frouljus)skroar, skroarske (it), naeister.

2024-04-20
Woordenboek Nederlands-Turks

Mehmet Kiriş (2024)

2024-04-20
Groot woordenboek der Nederlandse taal

Van Dale Uitgevers (1950)

Naaister

v. (-s), 1. vrouw die haar beroep maakt van het verrichten van naaiwerk en het vervaardigen van (inz. vrouwen-)kledingstukken, hetzij in haar eigen huis of bij haar klanten; 2. een luie naaister, een lange draad (de naaister behoeft dan zo vaak niet in te steken).

2024-04-20
Verklarend handwoordenboek der Nederlandse taal

M. J. Koenen's (1937)

naaister

v. naaisters (vrouw of meisje, die haar beroep maakt van het verrichten van naaiwerk).

2024-04-20
Modern Woordenboek

Jozef Verschueren (1930)

naaister

('nai:stər) v. (-s; -tje) vrouw die haar beroep maakt van het vervaardigen van naaiwerk.

Wil je toegang tot alle 11 resultaten?

Ja, ik word vriend van Ensie!
2024-04-20
Oosthoek Encyclopedie

Oosthoek's Uitgevers Mij. N.V (1916-1925)

naaister

v. (-s), vrouw die haar beroep maakt van het verrichten van naaiwerk en het vervaardigen van kledingstukken.