Wat is de betekenis van mogendheid?

2024-04-25
Nederlandstalige WikiWoordenboek

Wiktionary (2019)

mogendheid

mogendheid - Zelfstandignaamwoord 1. (politiek) een souvereine staat (die een dominante positie inneemt) Nederland was ooit een vrij belangrijke mogendheid, vanwege zijn koloniale rijk. Woordherkomst Afgeleid van het onvoltooid deelwoord van mogen met het achtervoegsel -heid S...

2024-04-25
Muiswerk Educatief

Muiswerk Educatief (2017)

mogendheid

mogendheid - zelfstandig naamwoord uitspraak: mo-gend-heid 1. gebied binnen bepaalde grenzen met eigen regering ♢deze mogendheid bepaalt zijn eigen regels 1. vreemde mogendheden [andere staten]...

2024-04-25
Frysk Wurdboek (Friesch woordenboek)

Fa. A.J. Osinga (1952)

Mogendheid

s., steat, ryk (it).

2024-04-25
Woordenboek Nederlands-Turks

Mehmet Kiriş (2024)

2024-04-25
Groot woordenboek der Nederlandse taal

Van Dale Uitgevers (1950)

Mogendheid

v. (…heden), 1. (veroud.) , macht, kracht: wie zal de mogendheden des Heren uitspreken? (Ps. 106 : 2); 2. souvereine staat: vreemde mogendheden; een bevriende mogendheid; een martieme mogendheid, die machtig is ter zee; de grote mogendheden.

2024-04-25
Verklarend handwoordenboek der Nederlandse taal

M. J. Koenen's (1937)

mogendheid

v. -heden; souvereine vorst, staat: de grote mogendheden; de kleine mogendheden.

2024-04-25
Modern Woordenboek

Jozef Verschueren (1930)

mogendheid

v. (...heden) 1. Eig. Veroud. macht, kracht : de des Heren. 2. Metn. soevereine staat : de Verenigde Staten en Engeland zijn grote ...heden, België en Nederland kleine ...heden.

2024-04-25
Christelijke encyclopedie

F.W. Grosheide (1926)

Mogendheid

= aanduiding van een staat, rijk, uitgebreid gebied; zoo spreekt men b.v. van de groote mogendheden van Europa. In het Oude Testament wordt dit woord gebruikt van God en heeft het de beteekenis van machtsdaad, krachtbetooning

Wil je toegang tot alle 11 resultaten?

Ja, ik word vriend van Ensie!
2024-04-25
Prisma Groot Woordenboek Nederlands

Unieboek | Het Spectrum (2024)