mogend
mogend - Werkwoord
1. onvoltooid deelwoord vanmogen
♢ Die mogend niet en wou
En willend' niet en mach:
Wiktionary (2019)
mogend - Werkwoord
1. onvoltooid deelwoord vanmogen
♢ Die mogend niet en wou
En willend' niet en mach:
J.H. van Dale (1898)
Mogend bn. (veroud.) vermogend, machthebbend; (eert.) Hunne Hoogmogenden, de leden der Generale Staten; Hunne Edelmogenden, de leden van den Raad van State.
Gerelateerde zoekopdrachten
Log hier in om direct te kunnen beginnen met schrijven.
Wil je dit begrip toevoegen aan je favorieten? Word dan snel vriend van Ensie en geniet van alle voordelen: