moesje
Het begrip moesje heeft 2 verschillende betekenissen: 1) moedertje. moedertje. 2) tache de beauté. zwart pleistertje of vlekje dat als schoonheidsvlekje op de huid wordt aangebracht; tache de beauté; mouche.
Algemeen Nederlands Woordenboek (2009-heden)
Het begrip moesje heeft 2 verschillende betekenissen: 1) moedertje. moedertje. 2) tache de beauté. zwart pleistertje of vlekje dat als schoonheidsvlekje op de huid wordt aangebracht; tache de beauté; mouche.
Wiktionary (2019)
moesje - Zelfstandignaamwoord 1. verkleinwoord enkelvoud van het zelfstandig naamwoord moes
J. van Donselaar (1936)
(het, -s), (gemeenz.) oude(re) vroiliw (ook als titel en aanspreekvorm). Hoe durfde hij haar een moesje te noemen! (Vianen 1972: 28). O moesje, bent U ook hier? Brengen jullie die oude vrouw weg, hoor, ik wil niet dat ze deze dingen hoort, hoor (Ferrier 1969: 7:5). Moesje Domijn had geen aanmoediging nodig om over vroeger te vertellen (Doelwijt 196...
M. J. Koenen's (1937)
I. o.; moedertje, in kindertaal. II. o. -s; (Fr. mouche = vlieg: 1. pronkpleistertje van zwarte taf op het gelaat: moesjesdoosje; 2. rondachtige figuur op de grond van stoffen, stipje in weefsels: een sluier met dikke moesjes.
Jozef Verschueren (1930)
I ('moesjə) o. (-s) Kindert. moedertje, II moesje ('moesjə) o. (-s) [Fr. mouche, vlieg] 1. Eig. pronkpleistertje van taf waarmede de dames vroeger haar gelaat beplakten. 2. Metf. (anders gekleurd) stipje : een voile met -s.
J.H. van Dale (1898)
1. Moesje o. (-s), pronkpleistertje van taf waarmede de dames vroeger (vooral in de 16de eeuw) haar gelaat beplakten, om hare schoonheid iets piquants te geven; — (ook) eene voile met moesjes; — anders gekleurd stipje (op eene geweven of andere stof): een blauw kleed met witte moesjes. 2. Moesje o. (-s), (in kindertaal) moedertje.
Gerelateerde zoekopdrachten
Log hier in om direct te kunnen beginnen met schrijven.
Wil je dit begrip toevoegen aan je favorieten? Word dan snel vriend van Ensie en geniet van alle voordelen: