Wat is de betekenis van mobiel?

2024-04-18
Algemeen Nederlands Woordenboek

Algemeen Nederlands Woordenboek (2009-heden)

mobiel

Het begrip mobiel heeft 5 verschillende betekenissen: 1) geschikt voor de oorlog. geschikt om ten oorlog of ten strijde te trekken, meestal voorzien van eigen transportmiddelen. In een paar combinaties en verbindingen. 2) in staat om te bewegen. niet aan één plaats of positie gebonden; beweegbaar; in staat om te...

2024-04-18
Nederlandstalige WikiWoordenboek

Wiktionary (2019)

mobiel

mobiel - Bijvoeglijk naamwoord 1. zich met gemak verplaatsend Nu hij een auto heeft is hij veel mobieler geworden. mobiel - Zelfstandignaamwoord 1. (m), (n) (kunst) kunstwerk dat door trillingen of luchtstromingen in beweging blijft, vaak doordat de samenstelle...

2024-04-18
Muiswerk Educatief

Muiswerk Educatief (2017)

mobiel

mobiel - bijvoeglijk naamwoord, zelfstandig naamwoord uitspraak: mo-biel 1. je kunt (het) bewegen ♢de oude mensen zijn niet meer mobiel 2. niet gebonden aan één plaats ♢de mobiele eenheid van de...

2024-04-18
Jargon & Slang van Zendamateurs

Marc De Coster (2017)

Mobiel

Mobiel - zender in de auto; ook voor de auto zelf. In het Engelse CB-jargon gebruikt men voor een auto volgende termen: four wheeler; four by four (= jeep); rider (wagen zonder CB); roller skate (= kleine auto).

2024-04-18
Bodemrichtlijn begrippenlijst

Rijkswaterstaat (2017)

Mobiel

Mobiel is een eigenschap van stoffen die zich verspreiden in bodem en grondwater.

2024-04-18
Woordenboek vreemde woorden

A. Kolsteren en Ewoud Sanders (1994)

Mobiel

[Lat. mobilis, voor movibilis, van movere = bewegen] beweeglijk; (mil.) gereed om ten strijde te trekken.

2024-04-18
Vreemd Nederlands

Jan Meulendijks (1993)

Mobiel

beweeglijk; verplaatsbaar

2024-04-18
Zuid-afrikaans woordenboek

H.J. Terblanche - M.A., D. Litt

mobiel

beweeglik; reisend.

Wil je toegang tot alle 20 resultaten?

Ja, ik word vriend van Ensie!
2024-04-18
De vreemde woorden

Fokko Bos, Dr. O. Noordenbos (1955)

Mobiel

beweeglijk; mars- of tochtvaardig.