Wat is de betekenis van Mishandelen?

2024-04-19
Nederlandstalige WikiWoordenboek

Wiktionary (2019)

mishandelen

mishandelen - Werkwoord 1. (ov) iemand slecht behandelen en pijn doen of verwonden Omdat hij eind februari een vierjarig meisje heeft mishandeld werd een Drachtster (24) donderdag door de Leeuwarder rechtbank veroordeeld tot een celstraf van acht maanden. Woordherkomst samenstelli...

2024-04-19
Muiswerk Educatief

Muiswerk Educatief (2017)

mishandelen

mishandelen - regelmatig werkwoord uitspraak: mis-han-de-len 1. iemand pijn doen of verwonden ♢hij mishandelt zijn kinderen Regelmatig werkwoord: mis-han-de-len ik mishandel jij/u mishan...

2024-04-19
Frysk Wurdboek (Friesch woordenboek)

Fa. A.J. Osinga (1952)

Mishandelen

v., mishannelje, t(r)amtearje, knoeije, kastije.

2024-04-19
Woordenboek Nederlands-Turks

Mehmet Kiriş (2024)

2024-04-19
Groot woordenboek der Nederlandse taal

Van Dale Uitgevers (1950)

Mishandelen

(mishandelde, heeft mishandeld), 1. slecht behandelen; 2. lichamelijk kwaad doen, geweld plegen aan, pijnigen: zijn kvuleren mishandelen; (fig.) een woord, een taal mishandelen, verkeerd uitspreken of toepassen.

2024-04-19
Verklarend handwoordenboek der Nederlandse taal

M. J. Koenen's (1937)

mishandelen

mishandelde, heeft mishandeld; 1. iem. slecht behandelen door hem onrecht aan te doen, geweld aan hem te plegen enz., min of meer vero.: de onderdanen worden mishandeld en uitgezogen; 2. iem. lichamelijk kwaaddoen door hem. te slaan, of pijn te doen, hoe ook: dieren mishandelen; zijn vrouw mishandelen; fig. een vreemde naam mishandelen, radbraken.

2024-04-19
Modern Woordenboek

Jozef Verschueren (1930)

mishandelen

(mis'handələn) (mishandelde, heeft mishandeld) 1. slecht behandelen ; honden -. 2. ergerlijk kastijden : zijn kinderen -. 3. verkeerd uitspreken : mishandel die naam niet zo.

2024-04-19
Groot woordenboek der Nederlandsche taal

J.H. van Dale (1898)

Mishandelen

Mishandelen (mishandelde, heeft mishandeld), slecht, kwalijk behandelen: dieren mishandelen; ergerlijk kastijden: zijne kinderen mishandelen. MISHANDELING, v. (-en), slechte behandeling; iem. kwaadwillig pijn doen.