minachten
minachten - Werkwoord 1. (ov) minder dan gebruikelijk respect voor iemand hebben ♢ Hij werd door anderen wegens zijn lafheid geminacht . Antoniemen hoogachten
Wiktionary (2019)
minachten - Werkwoord 1. (ov) minder dan gebruikelijk respect voor iemand hebben ♢ Hij werd door anderen wegens zijn lafheid geminacht . Antoniemen hoogachten
Muiswerk Educatief (2017)
minachten - regelmatig werkwoord uitspraak: min-ach-ten 1. op hem neerkijken, hem waardeloos vinden ♢ik minacht iemand die steelt van anderen Regelmatig werkwoord: min-ach-ten ik minacht jij/u...
Van Dale Uitgevers (1950)
(minachtte, heeft geminacht), gering achten, verachten. MINACHTING v., daad van minachten, gevoel waaruit dit voorkomt, geringschatting: met minachting behandelen ; een blik vol minachting.
M. J. Koenen's (1937)
minachtte, heeft geminacht; met trots neerzien op; klein, gering achten; iem. minachten, de lagere standen minachten.
Jozef Verschueren (1930)
('min) (minachtte, heeft geminacht) erg gering, niet achten, verachten : iemand, een wet -.
J.H. van Dale (1898)
Minachten (minachtte, heeft geminacht), geen of weinig achting hebben voor: zulk een nietswaardig persoon verdient door iedereen geminacht te worden. MINACHTING, v. geringschatting: met minachting behandelen.
Log hier in om direct te kunnen beginnen met schrijven.
Wil je dit begrip toevoegen aan je favorieten? Word dan snel vriend van Ensie en geniet van alle voordelen: