Miesgasser, miesgazzer
(Bargoens) naar persoon; vuilak; viezerik; homoseksueel. Van het Jiddische mies (lelijk, ongunstig) + chazzer (varken). Letterlijk dus: varken dat zich in de mest wentelt. Door associatie met mies heeft het woord in Nederland de betekenis aangenomen van ‘lelijk mens; lelijke vrouw’. Zie ook miesmacher en miesmuil.... wat ’n misch...