Wat is de betekenis van meringue?

2024-04-19
Muiswerk Educatief

Muiswerk Educatief (2017)

meringue

meringue - zelfstandig naamwoord uitspraak: me-rčn-gue 1. schuimtaart ♢als dessert kregen we een meringue-gebakje Zelfstandig naamwoord: me-rčn-gue de meringue

2024-04-19
Woordenboek vreemde woorden

A. Kolsteren en Ewoud Sanders (1994)

Meringue

[Fr., van Pools marzynka] gebakje van schuimdeeg.

2024-04-19
Vreemd Nederlands

Jan Meulendijks (1993)

Méringue

schuimgebakje

2024-04-19
De vreemde woorden

Fokko Bos, Dr. O. Noordenbos (1955)

Meringue

gebak van eiwit en suiker, geveild met geklopte room en confituren.

2024-04-19
Frans woordenboek (FR-NL)

Dr. F.P.H. Prick van Wely (1952)

Meringue

soort schuimpje.

2024-04-19
Woordenboek Engels (EN-NL)

Dr. F.P.H. van Wely (1951)

meringue

schuimgebakje.

2024-04-19
Kramers woordentolk

Jacon Kramers Jz (1948)

méringue

(Fr.) v. met room or gelei gevuld schuimgebak.

2024-04-19
De vreemde woorden

Fokko Bos (1914)

meringue

meringue - v., gebak van eiwit en suiker, gevuld met geklopte room en confituren.