Wat is de betekenis van Mensheid?

mensheid - Zelfstandignaamwoord 1. een verzamelnaam voor alle mensen ter wereld met al hun onderlinge sociale relaties ♢ Misdaden tegen de mensheid. Woordherkomst Afgeleid van mens met het achtervoegsel -heid.

mensheid - zelfstandig naamwoord uitspraak: mens-heid 1. alle mensen bij elkaar ♢de mensheid is er in de laatste eeuw niet op vooruitgegaan Zelfstandig naamwoord: mens-heid de mensheid

De term ‘mensheid’ heeft twee betekenissen, een kwantitatieve (‘extentionele’) en een kwalitatieve (‘intentionele’). Bij het eerste gaat het om het menselijk geslacht of mensdom als totaliteit van alle mensen. Bij het tweede om de menselijke natuur, aanduiding van een soortelijke hoedanigheid ter afgrenzing van andere soorten als dieren en goden. H...

die menslike natuur, die wese v/d mens, die mensdom.

s., minskheit.

...

v.; 1. de hoedanigheid van mens te zijn, de menselijke natuur: de Godheid en mensheid van Christus; 2. mensdom inz. het levende menselijke geslacht: tot heil der mensheid.

('mensheit) v. 1. Eig. het mens zijn : de van Kristus. 2. Metn. gezamenlijke mensen : tot heil der -. Syn. mensdom.

v., 1. menselijke natuur, hoedanigheid van mens te zijn: de mensheid van Christus; 2. het mensdom, de gezamenlijke mensen; ook de mensen in een bepaald stadium van de geschiedenis.