Wat is de betekenis van menselijkheid?

2024-04-16
Nederlandstalige WikiWoordenboek

Wiktionary (2019)

menselijkheid

menselijkheid - Zelfstandignaamwoord 1. een eigenschap, die door de menselijke natuur bepaald is 2. in het bijzonder de positieve eigenschappen van sommige mensen: menslievendheid, humaniteit 3. * Het grootste slachtoffer van terrorisme is de mensheid. Echter, het grootste verlies is dat van onze menselijkheid. Woord...

2024-04-16
Muiswerk Educatief

Muiswerk Educatief (2017)

menselijkheid

menselijkheid - zelfstandig naamwoord uitspraak: men-se-lijk-heid 1. zachtheid, mededogen ♢we willen deze gevangenen met menselijkheid behandelen Zelfstandig naamwoord: men-se-lijk-heid de menselijkheid

2024-04-16
Frysk Wurdboek (Friesch woordenboek)

Fa. A.J. Osinga (1952)

Menselijkheid

s., minsklikens.

2024-04-16
Verklarend handwoordenboek der Nederlandse taal

M. J. Koenen's (1937)

menselijkheid

v.; menslievendheid; humaniteit: den gevangen vijand met menselijkheid behandelen, welwillendheid, zachtheid.

2024-04-16
Modern Woordenboek

Jozef Verschueren (1930)

menselijkheid

('mensələk) v. het menselijk zijn inz. 1. (2) menselijke natuur : Kristus heeft onze aangenomen. 2. (4) welwillendheid, zachtzinnigheid, humaniteit : iemand met behandelen.

2024-04-16
Oosthoek Encyclopedie

Oosthoek's Uitgevers Mij. N.V (1916-1925)

menselijkheid

v., 1. menselijke natuur: Christus heeft onze menselijkheid aangenomen; 2. redelijkheid, vatbaarheid voor beschaving; 3. zachtheid, humaniteit: iemand met menselijkheid behandelen.