meevaller
...
Wiktionary (2019)
meevaller - Zelfstandignaamwoord 1. een voordeel dat vooraf niet was meegerekend ♢ De regering had een aantal onverwachte meevallers. Woordherkomst Naamwoord van handeling van meevallen met het achtervoegsel -er Verwante begrippen bof, buitenkans, buitenkansje, geluk, gelukje...
Marco Bunge (1985)
Een extraatje voor de schatkist waarop de minister van Financiën bij de opstelling van de begroting niet had durven hopen (extra gasopbrengsten ten gevolge van een strenge winter bij voorbeeld). Minister van Financiën Ruding uit het kabinet-Lubbers verkeert in de paradoxale situatie dat te veel meevallers hem slecht uitkomen, omdat zijn o...
Fa. A.J. Osinga (1952)
s., meifalder, tafalder, meirinder, tadijer, boppeslach; -tje, forfaltsje (it), bearske (it), tafaltsje (it), trek bûtenfoantsje (it); een -tje, in stik bûter yn 'e brij.
Oosthoek's Uitgevers Mij. N.V (1916-1925)
m. (-s), omstandigheid dat iets meevalt, gunstiger of voordeliger is dan te verwachten was.
Log hier in om direct te kunnen beginnen met schrijven.
Wil je dit begrip toevoegen aan je favorieten? Word dan snel vriend van Ensie en geniet van alle voordelen: