Wat is de betekenis van meester?

Het begrip meester heeft 12 verschillende betekenissen: 1) onderwijzer. 2) leermeester; leraar. 3) zeer goed vakman. iemand die zeer goed is in een bepaald vakgebied, met name in een tak van kunst of wetenschap. 4) meester in een gilde. bij de vroegere gilden: iemand die door het maken van een proefstuk, meesterstuk g...

Meester is de titel die krijgt als je een universitaire master in de rechten hebt afgerond. De afkorting van de titel is mr. Deze mag je voor je naam zetten.

(1987) (spoorw.) machinist. • De machinist, die vanavond, zoals dat in het jargon heet, de slag Den Haag CS- Haarlem heeft, heeft me ter hoogte van Heemstede gewaarschuwd: achter de flauwe bocht liggen de twee gevreesde punten, die menige „meester" (erenaam voor machinist) „het zweet in de handen" brengen. (NRC Handelsblad, 07/02/1...

meester - Zelfstandignaamwoord 1. iemand die macht en gezag heeft ♢ Hij is hier heer en meester over. 2. iemand die uitblinkt in een bepaalde vaardigheid, virtuoos ♢ Met dit schilderij toonde hij zich een waar meester. 3. een onderwijzer met name o...

Meester - benaming voor de machinist. (Ook op treinen.)

meester - zelfstandig naamwoord uitspraak: mees-ter 1. wie de leiding heeft ♢de meester had de leiding in de glasblazerij 1. beter kleine meester dan grote knecht [je kunt beter voor jezelf werken en vrij...

Titel die door een bridgebond wordt toegekend aan een speler op het moment dat deze een bepaald minimum aantal meesterpunten heeft verzameld. In Nederland kent men de titels ClubMeester (500 meesterpunten), DistrictsMeester (2.000), RegionaalMeester (5.000), BondsMeester (15.000), NationaalMeester (30.000), NationaalMeester met kroon (60.000), Mati...

Een ambachtsman die met succes een meesterproef heeft afgelegd en is toegelaten tot het gilde. Een meester mocht zijn eigen werkplaats beginnen.

Een meester was in de middeleeuwen lid van een gilde; een titel van de gildebroeder die had bewezen vakbekwaam te zijn en zelfstandig te kunnen werken; i.t.t. een gezel en leerling mocht een meester een eigen zaak drijven, wel moest hij zich houden aan bepalingen die door zijn gilde waren opgelegd.