Wat is de betekenis van matten?

2024-04-18
Woordenboek van Populair Taalgebruik

Marc De Coster (2020-2024)

matten

1) (1939) (Barg.) knokken; vechten. Ook: op de mat gaan. Refereert wellicht aan een gevecht op de deurmat. Zie ook: matpartij*. • Je ken goedkoop heibel met ze kraage - so is 't matte (vechten). (H. Dijkhuis: Vijftig dagen in een Jordaans kosthuis. 1939) • Da's vragen om matten. (Simon Carmiggelt: Mag 't een ietsje meer zijn. 1957) &bul...

2024-04-18
Nederlandstalige WikiWoordenboek

Wiktionary (2019)

matten

matten - Werkwoord 1. (ov) een mat aanbrengen op 2. mat maken, matteren matten - Bijvoeglijk naamwoord 1. vervaardigd van matten of biezen matten - Werkwoord 1. meervoud verleden tijd van matten ♢Wij matten ♢Jullie matten ...

2024-04-18
Historische collectie Nederland

Rijksdienst voor het cultureel erfgoed (2019)

matten

Vloerbedekkingen bestaande uit grof materiaal dat de vloer beschermt of uit een veerkrachtige, opgevulde bedekking om sporters tijdens oefeningen of wedstrijden te beschermen. (Van Dale)

2024-04-18
Muiswerk Educatief

Muiswerk Educatief (2017)

matten

matten - regelmatig werkwoord uitspraak: mat-ten 1. elkaar aanpakken met vuisten, wapens, of andere middelen ♢de twee groepen begonnen plotseling met elkaar te matten 2. van riet of rotan voorzien ♢de...

2024-04-18
Jargon & Slang van Studenten

Marc De Coster (2017)

Matten

Matten - wiskunde. Van Lat. mathesis. Vgl. Fr. maths; Eng. maths; Du. Mathese, Mats, Matsches.

2024-04-18
Molenwoordenboek

B.D. Poppen (2000)

Matten

Afdekking op de bodem van de zandbak van witpapiermolens.

2024-04-18
Agrarisch Encyclopedie

Veerman (1954)

Matten

worden in de tuinb. gebruikt voor het bedekken en beschutten van planten, onverschillig of deze in de volle grond of in teeltruimte groeien. De m. worden vervaardigd van riet, van stro, van riet en stro of van lindebast (Moscovische m.). Oude Mosc. m. werden wel ontrafeld om de vezels te gebruiken als aanbindmateriaal. Tegenwoordig neemt men hiervo...

2024-04-18
Frysk Wurdboek (Friesch woordenboek)

Fa. A.J. Osinga (1952)

Matten

v., matflechtsje, -frisselje, -frusselje.

Wil je toegang tot alle 13 resultaten?

Ja, ik word vriend van Ensie!
2024-04-18
Verklarend handwoordenboek der Nederlandse taal

M. J. Koenen's (1937)

matten

I. v. mv.; Zwitserse bergweiden. II. 1. matte, heeft gemat; van een mat voorzien: stoelen matten; 2. bn.; van matten of biezen gemaakt: stoelen met matten zittingen.