manschap
manschap - Zelfstandignaamwoord 1. het man zijn Woordherkomst afgeleid van man met het achtervoegsel -schap Verwante begrippen bemanning
Wiktionary (2019)
manschap - Zelfstandignaamwoord 1. het man zijn Woordherkomst afgeleid van man met het achtervoegsel -schap Verwante begrippen bemanning
Van Dale Uitgevers (1950)
v., 1. (leenst.) manschap doen, de leeneed doen; (overdr.) leenroerig zijn, de leenplichten vervullen; 2. (veroud.) bemanning van een schip; soldaten; 3. manschappen, soldaten, schepelingen.
M. J. Koenen's (1937)
I. v.: 1. bemanning: de manschap van een zeeschip; 2. trouw als vazal: manschap zweren; II. manschappen m. mv.; soldaten: een korporaal en drie manschappen.
Oosthoek's Uitgevers Mij. N.V (1916-1925)
v., 1. (leenstelsel) manschap doen, de leeneed doen; (overdr.) leenroerig zijn, de leenplichten vervullen; 2. bemanning van een schip; soldaten; manschappen, soldaten, schepelingen.
J.H. van Dale (1898)
Het begrip manschap heeft 2 verschillende betekenissen: 1. manschap - MANSCHAP, v. bemanning, equipage (van een schip); (mv. -pen), soldaten, krijgslieden. 2. manschap - MANSCHAP, v. (leenst.) manschap doen, leenroerig zijn, de leenplichten vervullen.
I.M. Calisch (1864)
Manschap, v. bemanning, equipage (van een schip); soldaten; (leenst.) - doen, leenroerig zijn, de leenpligten vervullen.
Jacob van Lennep (1865)
z.n.v. - Bemanning, Equipaadje. Wie daartoe behooren, verhaalt Vondel in ’t Lof der zeevaart. 't Is koopman of kommijs, De Schipper, Stuurmansmaet en Stuurman, die om prijs En winningh, 't roer bewaeckt; Hoogbootsman, Schimman, Gieter, Seilmaecker, Bottelier, Barbier, en Busseschieter, ;De Wachter van ’t kajuit, de Putjer,...
Gerelateerde zoekopdrachten
Log hier in om direct te kunnen beginnen met schrijven.
Wil je dit begrip toevoegen aan je favorieten? Word dan snel vriend van Ensie en geniet van alle voordelen: