Wat is de betekenis van Mann?

2024-10-10
Wielerwoordenboek

Fons Leroy en Wim van Rooy (2010)

Mann

Mann: Poeders Mann, een Belgische pillenfabrikant; trad op als wielersponsor van een oerdegelijke Belgische ploeg (enkel de Nederlander Wim van Est zorgde in zijn laatste jaren voor de 'buitenlandse' inbreng). Tijdens de periode 1959-1970 zorgde de gele Mann-brigade voor vele successen en goede prestaties met Belgische renners als Eddy Pauwels, Jos...

2024-10-10
De Kleine Winkler Prins

Winkler Prins (1949)

Mann

Heinrich (1871), Duits schrijver, broeder van Thomas, in zijn vroegste romans (Schlaraffenland) antiburgerlijk sarcast, later als pacifist, democraat politieke kwesties behandelend (Das Bekenntnis z. Uebernationalen, e.a.). Klaus (1906-1949), zoon van Thomas, trad met zijn zuster Erika in cabaret tegen nat. soc. in Duitsland op, vertegenw. de zgn....

2024-10-10
Encyclopedie voor Iedereen

John Kooy (1933)

Mann

1) H., *1871, Duitsch schrijver („lm Schlaraffenland”, „Prof. Unrat”, enz.); 2) T., *1875, Duitsch schrijver („Buddenbrooks”, „Der Zauberberg”, enz,), 1929 Nobelprijs letterkunde.

2024-10-10
Katholieke Encyclopaedie

Uitgeverij Joost van den Vondel (1933-1939)

Mann

1° Heinrich, Duitsch romanschrijver en essayist van uitgesproken anti-ethische, alle traditie scherp bespottende, vaak ook onbeheerscht erotomane strekking; is een broeder van 3°. * 27 Maart 1871 te Lübeck. Van 1931-’33 voorzitter van de Dichterakademie te Berlijn; sindsdien uitgeweken. H. M.’s stijl geldt, in tegenstelling...

2024-10-10
Modern Woordenboek

Jozef Verschueren (1930)

Mann

(man) Duitse schrijvers 1. (Heinrich) ° 1871 te Lübeck; schreef o. a. de romans Die Göttinnen (1903), Die kleine Stadt (1909), Die Armen (1917). 2. (Thomas) ° 1875 te Lübeck, broeder van (1), verblijft in Zwitserland; schreef novellen als Der kleine Herr Friedemann (1898). romans als Die Buddenbrooks (1901), idyllen als Gesa...

2024-10-10
Oosthoek encyclopedie

Oosthoek's Uitgevers Mij. N.V (1916-1925)

Mann

Mann - (Reinrich), Duitsch schrijver, geboren in 1871, wiens talrijke romans en novellen door hun fantastischen, avontuurlijken, soms krassen inhoud en gekunstelden, onnatuurlijken stijl slechts door verfijnde aestheten genoten kunnen worden; de belangrijkste ervan zijn: Die Gattinnen (1903), Flöten und Dolche (1904), Stürmische Morgen (1906), Die...