Wat is de betekenis van Mammeluk?

2024-04-25
Scheldwoordenboek

Marc de Coster (2007)

Mammeluk

iemand die van christen tot mohammedaan is geworden; een geloofsverzaker of afvallige. Eigenlijk een soldaat van een Egyptische ruitermilitie. De oorspronkelijke Mammelukken vormden een (Mongoolse) slavendynastie die in 1250 in Egypte de macht hadden overgenomen van de Seltsjoeken. In de Kuifje-stripverhalen wordt het woord meermaals door kapitein...

2024-04-25
Woordenboek vreemde woorden

A. Kolsteren en Ewoud Sanders (1994)

Mammeluk

[v. Arab. mamluk = slaaf, van malaka = bezitten] mohammedaans opgevoede slaaf uit christenouders; overdrachtelijk: geloofsverzaker.

2024-04-25
Vreemd Nederlands

Jan Meulendijks (1993)

Mammeluk

Egyptisch soldaat (gesch.)

2024-04-25
De vreemde woorden

Fokko Bos, Dr. O. Noordenbos (1955)

Mammeluk

oorspr. Egyptische ruitersoldaat; uit christenouders geboren slaaf die mohammedaan is geworden.

2024-04-25
Verklarend handwoordenboek der Nederlandse taal

M. J. Koenen's (1937)

mammeluk

m. mammelukken; (Arab. slaaf): inz. uit Christelijke ouders geboren en in de Islam opgevoede keursoldaat der vroegere Egyptische sultans; fig. afvallige.

2024-04-25
Vreemde woordenboek

S. van Praag (1937)

Mammeluk

m. lijfwachter van den Egyptischen Sultan, slaaf die Christen ouders had, doch Mohammedaans werd opgevoed; afvallige.

2024-04-25
Modern Woordenboek

Jozef Verschueren (1930)

mammeluk

(mammə'luk) m. (-ken) [Eg. slaaf] 1. Eig. een der mammelukken. 2. Metf. afvallige die van kristen mohammedaan is geworden.

2024-04-25
De vreemde woorden

Fokko Bos (1914)

mammeluk

mammeluk - m., uit Christenouders geboren, in den Mohammedaanschen godsdienst opgevoed soldaat van den onderkoning van Egypte; slaafsch aanhanger.

Wil je toegang tot alle 9 resultaten?

Ja, ik word vriend van Ensie!
2024-04-25
Groot woordenboek der Nederlandsche taal

J.H. van Dale (1898)

Mammeluk

MAMMELUK, m. (-ken), soldaat eener Egyptische ruitermilitie, die eenmaal een zeer grooten invloed had, maar welker nog altijd machtig overschot in 1811 door den toenmaligen pasja van Egypte, Mehemed-Ali, werd vernietigd; eigenlijk slaaf en lijfwachter des Egyptischen sultans, uit christen ouders geboren en in den Mohammedaanschen godsdienst grootge...