mama
moeder. vrouw in relatie tot het kind of de kinderen die zij heeft voortgebracht; moeder; mam. Ook als aanspreking. Voorbeelden: Het heeft gesneeuwd, zegt Isabelle. Ze kijkt uit het raam. Ze vraagt aan mama of ze gaan eten. Nee, zegt mama, nog niet, straks gaan we eten. NRC, 1995 Hij moest in ieder geval enkele specula...