Wat is de betekenis van maltentig?

(17e eeuw) (inf.) al te nauwgezet; pietluttig. • Dat sijn luiden so maltentig, (Goede trek het u niet an,… (Anoniem: De seldsaame en noit gehoorde walvis-vangst, voorgevallen by St. Anna-Land in't jaar 1682. den 7. October. Midsgaders een pertinente beschrijvinge, van de geheele Groen-Landse vaart. Verhandeld in prose, en versen. 1684...

maltentig - Bijvoeglijk naamwoord 1. overdreven op netheid gericht ♢ Haar maltentig gedrag is soms ergerlijk. Woordherkomst Samenstellende afleiding van mal en tent met het achtervoegsel -ig

adj., maltintich.

bn. bw. (-er, -st), (gew.) al te nauwgezet; — inz. overdreven zindelijk.

bn.; overdreven nauwgezet; kleingeestig zindelijk: maltentige vrouwen.

Overdreven zindelijk. Overdreven nauwgezet, al te kieskeurig.

(mal'tentəch) bn. en bw. (-er. -st) [mal + ~ tintelen] overdreven netjes en zindelijk : -e huisvrouwen..

bn., overdreven nauwgezet.

maltentig - overdreven zindelijk en stipt.