Wat is de betekenis van maligne?

maligne - Bijvoeglijk naamwoord 1. (medisch) kwaadaardig

(uitspraak: maa-LIG-nu, maa-LIEN-ju) Zie (ook) kwaadaardig

Maligne -(Fr.) kwaadaardig. Van Lat. malignus, van malus = slecht en genere = voortbrengen. Al snijdende wist hij het: dit is maligne, kwaadaardig dus. De uitslag van het laboratorium, tien minuten later, bevestigde dat het niet bij dit kleine sneetje kon blijven: de borst en de ernaast liggende klieren moesten worden weggesneden. - Vrij Nederland...

Kwaadaardig; karakteristiek voor aandoeningen (met name kanker) met een slechte prognose.

[Fr., van Lat. malignus, van malus = slecht, en genere, oude vorm van gignere = voortbrengen] kwaadaardig (bijv. ziekte, gezwel).

kwaadaardig (geneesk.)

kwaadaardig; wordt in het bijzonder veel gebruikt voor gezwellen die onbeperkt doorgroeien en elders in het lichaam uitzaaiing geven, m.a.w. voor kanker (zie aldaar). Vgl. bénigne.

zie malin.

adv. kwaadwillig, afgunstig. | in ’t bijz., karig, zeer spaarzaam, dividere, Liv., non mihi fuit tam m., ik was niet zo enz., Cat.; overdr., weinig, niet zeer.