magertjes
magertjes - Bijvoeglijk naamwoord 1. alleen als naamwoordelijk deel: enigszins mager ♢ Wat ziet hij er magertjes uit, hij is toch niet ziek? Woordherkomst Afgeleid van mager met het achtervoegsel -tjes. Doordat dit achtervoegsel is ontstaan uit onder meer het verkleiningsachte...