maffer
1) (1914) (inf.) werkwillige tijdens een staking; onderkruiper, stakingbreker. Syn.: bal gehakt*; duikboot*, rat*. • Als Zwarte Piet, op den dag, tusschen het luierende, vadsige, slapende of kaartspelende rokken-volk van den Zeedijk een slenter deed, dan sprongen ze óp wanneer de Strottenbijtster of Petrolie er niet bij waren. Bij Hooy...