maarschalk
maarschalk - Zelfstandignaamwoord 1. hoogste officier van het leger Woordherkomst Van mare (paard, merrie) en schalk (knecht).
Wiktionary (2019)
maarschalk - Zelfstandignaamwoord 1. hoogste officier van het leger Woordherkomst Van mare (paard, merrie) en schalk (knecht).
Muiswerk Educatief (2017)
maarschalk - zelfstandig naamwoord uitspraak: maar-schalk 1. (vroeger) paardenknecht of opperstalmeester ♢de maarschalk verzorgt de paarden Zelfstandig naamwoord: maar-schalk de maarschalk de m...
Genootschap Onze Taal (2001)
Wat was een maarschalk oorspronkelijk? a Een koopman; maarschalk komt van het Italiaanse mercantello. b Een stalknecht; maarschalk is samengesteld uit de Middelnederlandse woorden ma(e)r (‘paard’) en scalc (‘dienstknecht’). c Een marineofficier; maarschalk bevat de Latijnse woorden...
A. Kolsteren en Ewoud Sanders (1994)
[Fr. maréchal, van OFr. mareschal, van Frankisch mariscalcus, van OHDu. marahscalh, van OCerm. marhoz = paard (vgl. Ned. merrie) en skalkoz = knecht] (oorspr.: knecht van paardenstal); 1 hoogste opziener van hofhouding; 2 (mil.) bep. rang bij de oppe...
Log hier in om direct te kunnen beginnen met schrijven.
Wil je dit begrip toevoegen aan je favorieten? Word dan snel vriend van Ensie en geniet van alle voordelen: