loge
...
Algemeen Nederlands Woordenboek (2009-heden)
Het begrip logé heeft 2 verschillende betekenissen: 1) iemand die ergens logeert. iemand die bij een ander thuis de nacht doorbrengt; iemand die bij een ander blijft slapen; gast die bij iemand blijft slapen; gast die bij iemand logeert; logerende gast. 2) iemand die ergens tijdelijk verblijft. iemand die ergens tijdelijk gehu...
Muiswerk Educatief (2017)
loge - zelfstandig naamwoord uitspraak: lò-zje 1. apart hokje met zitplaatsen, bijvoorbeeld in een schouwburg ♢ we hadden plaatsen in de loge Zelfstandig naamwoord: lò-zje de loge
Wouter van Boesschoten, Wieneke van Breukelen, Ton Konings m.m.v Henriette Coppens, Eefje Lonis, Jos van Waterschoot & Simon Wienke (2002)
Een loge is het afgeschoten gedeelte met enkele zitplaatsen langs de zij- en achterwand van de zaal in een theater (1).
Nationaal expertisecentrum leerplanontwikkeling (2001)
Afgeschoten gedeelte met enkele zitplaatsen langs de zij- en achterwand van de zaal in een theater.
A. Kolsteren en Ewoud Sanders (1994)
[Fr. = eig.: kleine hut, van Germ. laubja, MLat. lobia; zie lobby) 1 afgescheiden zitgelegenheid voor enkele personen in theater; 2 vergaderlokaal of afdeling van vrijmetselaars; 3 kamertje bij de ingang van een groot gebouw waar de portier zijn werkzaamheden kan verrichten (portiersloge).
Liek Mulder (1994)
Loge, vestiging van een compagnie, bestaande uit een erf met een stenen gebouw. Ook de voc bezat in haar gebied loges.
drs. L.A. Beeloo (1981)
[Fr. lô'sje], kleine, afgeschoten ruimte met enkele zitplaatsen in een theater. Het zijn de duurste plaatsen; zie ook vrijmetselarij.
Gerelateerde zoekopdrachten
Log hier in om direct te kunnen beginnen met schrijven.
Wil je dit begrip toevoegen aan je favorieten? Word dan snel vriend van Ensie en geniet van alle voordelen: