Wat is de betekenis van Loefzijde?

2024-04-19
Nederlandstalige WikiWoordenboek

Wiktionary (2019)

loefzijde

loefzijde - Zelfstandignaamwoord 1. (scheepvaart) de kant waar de wind op staat Antoniemen lijzijde

2024-04-19
Muiswerk Educatief

Muiswerk Educatief (2017)

loefzijde

loefzijde - zelfstandig naamwoord uitspraak: loef-zij-de 1. kant van het schip waar de wind op staat ♢ er ligt een reddingvest aan de loefzijde Zelfstandig naamwoord: loef-zij-de de loefzijde Tegenstelling...

2024-04-19
Woordenboek vreemde woorden

A. Kolsteren en Ewoud Sanders (1994)

Loefzijde

(MNed. loef = dol, roeipen: kant waar de riemen zitten] kant van de boot waar de wind op staat.

2024-04-19
Prisma van het weer

Peter Timofeeff (1993)

Loefzijde

Kant van de berg die naar de overheersende windrichting is gekeerd. De loefzijde van een berg is meestal vochtiger dan de lijzijde als gevolg van het ontstaan van stuwingsregen. De lucht wordt gedwongen tegen de loefzijde te stijgen, waardoor de temperatuur daalt. Als het dauwpunt bereikt wordt, zal condensatie plaatsvinden. Aan de lijzijde van de...

2024-04-19
Frysk Wurdboek (Friesch woordenboek)

Fa. A.J. Osinga (1952)

Loefzijde

s., loefkant, -side.

2024-04-19
Groot woordenboek der Nederlandse taal

Van Dale Uitgevers (1950)

Loefzijde

v., zijde waar de wind op staat.

2024-04-19
Verklarend handwoordenboek der Nederlandse taal

M. J. Koenen's (1937)

loefzijde

v. (loef).

2024-04-19
Katholieke Encyclopaedie

Uitgeverij Joost van den Vondel (1933-1939)

Loefzijde

van een schip is de zijde, die den wind opvangt. Een zeilschip zoodanig sturen, dat het naar de windrichting toe draait, noemt men loeven. Heeft het schip bij het zeilen neiging tot loeven, dat heet het loefgierig.

Wil je toegang tot alle 11 resultaten?

Ja, ik word vriend van Ensie!
2024-04-19
Modern Woordenboek

Jozef Verschueren (1930)

loefzijde

v. loef. Tgst. lijzijde.